Volgend jaar is het vijftig jaar geleden dat Amstelveen de opvolger werd van de oude gemeente Nieuwer Amstel. Wij staan er bij stil, ook bij vijftig jaar gemeenteraad. Een student-onderzoeker heeft in het archief alles terug kunnen vinden. Soms kon ik hem haast niet meer zien achter alle dozen die hij uit het archief liet komen. En dan was hij weer dagen zoet in de kelders van het gemeentearchief waar de oudere stukken liggen. Uit de raadsnotulen heeft hij de namen, data, fracties, bijdragen, ingediende moties/amendementen en stemmingen opgetekend. Alles is er. Een heel karwei, maar het is gedaan.
Zoals in 1964 maken wij nu ook raadsnotulen. Zo’n gemiddeld drie uur durende vergadering levert toch gauw zestig tot zeventig bladzijden op. Woordelijk. Ik durf te wedden dat er niemand alles leest, misschien een enkeling zijn eigen bijdrage. Omdat tegenwoordig vergaderingen ook via internet en via de lokale omroep worden uitgezonden en gearchiveerd, is het de vraag of raadsnotulen niet heel erg duur zijn per lezer.
In eerste instantie waren de video-raadsnotulen (voor insiders: ‘videotulen’) voor ‘erbij’. Niet noodzakelijk voor de besluitvorming en de geschiedschrijving, maar een extra communicatiemiddel om de burgers die niet bij de raadsvergadering aanwezig zijn te informeren. In een werkgroep bestaande uit griffiers en archivarissen, waar ik aan deelneem, blijkt het allemaal veel ingewikkelder te zijn dan dat. De Archiefwet stelt de nodige eisen. Hoe meer verslagen je maakt, hoe meer je moet archiveren. Bewaren is niet genoeg, archieven, dus ook videotulen, moeten ‘duurzaam toegankelijk’ zijn, wat zo’n beetje betekent tot in alle eeuwigheid. Die werkgroep komt vast met een wijs advies over creatie, beschikbaarstelling, bewaring, rechten en wat dies meer zij.
Ik kan niet wachten! En ik vraag mij nu al af, als wij in 2064 honderd jaar Amstelveen vieren, in welk archief de onderzoeker van de toekomst gaat zoeken en wat hij daar vindt.