Het mag ook schuren

Na verkiezingen komen telkens ergens nieuwe volksvertegenwoordigers bij. In de raden, Staten, waterschapsbesturen en in de Kamers. Gemiddeld gaat ongeveer de helft door, de andere helft is helemaal nieuw. Slechts één keer in de vier jaar zijn er géén verkiezingen. Er is met andere woorden politiek-bestuurlijk nogal wat beweging. Beweging die van invloed is op de grote maatschappelijke opgaven zoals de energietransitie.

Ik zie dat er geïnvesteerd wordt in diverse energietransitie-inwerkactiviteiten voor (nieuwe) raadsleden. Er wordt echt van alles uit de kast gehaald om hen op vlieghoogte te krijgen, te enthousiasmeren en te betrekken. Er wordt gepiekerd, nagedacht, afgestemd. Wat doen we lokaal, wat pakken we regionaal op, wat is handig? Een aantrekkelijk en aansprekend programma wil helpen, een inspirerende spreker die iets gaat vertellen over een toekomst die wij nog niet voor ons zien ook, een speels en vooral interactief element mag niet ontbreken. De focus ligt daarbij op kennisoverdracht. Onderwerpen die vaak niet als eerste aan bod komen zijn de inhoudelijke afwegingen, dilemma’s en schurende vragen. Zoals: wat doen we lokaal en wat regionaal, hoe gaan we om met autonomie versus samenwerking, welke ongemakkelijke keuzes liggen voor ons? Begrijpelijk, maar ook jammer.

Denk bijvoorbeeld aan, ik noem maar een dwarsstraat, participatie. Dat is erg belangrijk voor volksvertegenwoordigers, eigenlijk de hele legitimatie van hun rol. Bij uitstek een onderwerp dat lokaal speelt, daar waar er directe impact is op de eigen leefomgeving. Maar het vraagt ook om regionale afstemming. Overal waar je iets wilt realiseren, kom je tenslotte in de achtertuin of aan het belang van iemand. Een windmolen op een gemeentegrens kan ook te zien zijn voor inwoners van de buurgemeente. Het is belangrijk als (nieuwe) raadsleden over plannen en de betrokkenheid van inwoners kunnen spreken met collega’s van elders en vragen, ervaringen en dilemma’s uit kunnen wisselen. Dat is informatief, maar kan ook confronterend zijn. Als volksvertegenwoordiger kun je niet alles voor iedereen oplossen. Je kunt er wel voor iedereen zijn en ieders belang zo eerlijk en onbevangen mogelijk meewegen. En dan toch een knoop doorhakken. Hoe fijn is het om het daar met collega’s van ander gemeenten over te hebben. Collega’s die niet toevallig in de eigen coalitie of oppositie zitten. Gewoon collega’s, die als naaste gemeente of een paar gemeentegrenzen verderop zich ook zorgen maken over dezelfde zaken.

Als organisator van inwerk-activiteiten kun je hierbij helpen. Focus op wat nodig is voor de opgave. Dat is niet alleen feitelijke kennisoverdracht, maar ook het benoemen van de politieke uitdagingen. Vind je dit spannend of twijfel je over hoe dat te doen en of dat passend is? Overleg bijvoorbeeld met de griffier, die peilt zijn/haar volksvertegenwoordigers continue. En probeer gewoon eens wat. Als het niet lukt, probeer iets anders. Vul het niet bij voorbaat in voor de ander, maar geef ruimte aan het gesprek, ook als dat wel eens schuurt. Er kan waarschijnlijk veel meer dan je zelf denkt.

About the Author: Pascale Georgopoulou

Hart voor de publieke zaak | Verbinden, Kennisdelen, Wereldverbeteren | GO&C | Verhalen & Haiku's | Sterke Raad | Griffiers | Omgevingswet | Energie | Thessaloniki