Hoe belangrijk het werk van de gemeenteraad is, daar hebben wij het steeds over. Over hoe ingewikkeld het is om af te wegen en besluiten te nemen, zorgvuldig, evenwichtig, gelegitimeerd en vooral transparant. Ik bezwijk als griffier bijkans onder de ernst en zwaarwichtigheid van democratie. Vorige week bleek gelukkig weer dat het allemaal lichtvoetig eenvoudig is.
De hele week renden, huppelden, schreeuwden, lachten kinderen lekker druk in en om de raadzaal. Van alle activiteiten die wij organiseren zijn die voor kinderen verreweg de mooiste, meest vrolijke, aandoenlijke en hoopvolle die er zijn. Of het nou eenvoudige rondleidingen zijn, presentaties, gemeenteraadje spelen, debatteren, de burgemeester het hemd van het lijf vragen (nou, ja, de blouse in ons geval) of, zoals vorige week, het spel Democracity, het is altijd een vrolijke wanorde. Er sneuvelt zo nu een dan een microfoon door hardhandig gebruik, een glas limonade belandt op het tapijt, maar hey, democratie: jong geleerd is oud gedaan! Je moet er wat voor over hebben.
Dat die kinderen een ochtendje op de raadhuis rondlopen, op de zetels van de raadsleden mogen zitten, in de microfoon mogen spreken, net echt, dat ze merken dat ze welkom zijn, dat vooral, dat de burgemeester lijkt op hun juf of buurvrouw en gewoon antwoord geeft op de vraag die je stelt, hoe onbetaalbaar is dat? Het gaat niet eens om de informatie, om de feiten: wat de gemeente doet en dat de raad de baas is. Het gaat om het gevoel. Misschien vertellen ze ’s avonds tijdens het eten thuis dat ze een leuke dag hebben gehad in de gemeente, die hun ouders duf en bureaucratisch vinden. Of vertellen ze dat ze later ook burgemeester willen worden.
Tijdens Democracity vormen de kinderen (groep 7 en 8) partijen. Hun stad bestaat alleen nog uit huizen. Wat gaan ze bouwen? Kiezen ze voor bedrijven, scholen of ziekenhuizen? Moet het groen blijven? Er is natuurlijk nooit genoeg geld en ruimte voor alles. Net echt. In een van de groepen vorige week vroeg een jochie na de inleiding: “Dus, juf, wij moeten niet ieder zijn eigen stad bouwen, maar met zijn allen één stad?” Ik kreeg er bijna tranen van in mijn ogen. Hij had het door: de essentie van democratie! Kijk, daar doen wij het voor. I love it!